Het verhaal van

Het verhaal van familiebedrijf Haval Disposables

Home Kennisbank Het verhaal van familiebedrijf Haval Disposables

Het verhaal van familiebedrijf Haval Disposables is opgetekend in het boek ‘Ons Verhaal II’. Erwin van Limpt vertelt over de ontwikkeling van het bedrijf.

De continuïteit van het familiebedrijf bewaken

Erwin van Limpt staat als tweede generatie aan het roer van het internationaal opererende Haval Disposables. Het familiebedrijf is in 1984 opgericht door vader Harry van Limpt. Jaarlijks produceert Haval meer dan 5 miljard kunststof lepels, vorken, bordjes, koffiebekers, roerstaafjes en verpakkingen voor eten. 90% van de productie is bestemd voor private labels voor de industrie en groothandel in Europa.

Haval Disposables dankt haar ontstaan aan de eigen friettent van vader Harry en zoon Erwin van Limpt in Gemert. Erwin vertelt: “In de jaren ’70 runde mijn vader een succesvolle cafetaria in Gemert. Een van de vaste klanten had nog een spuitgietmachine staan en stelde voor om frietvorkjes te maken voor de cafetaria. Mijn vader, ondernemend als hij was, sprong daar op in. Nadat twee gerenommeerde horeca groothandels interesse toonden om de frietvorkjes en ook roerstaafjes af te nemen, richtte hij in 1984 Haval Disposables op.

Zelf ben ik begin jaren ’80, na het vervullen van mijn dienstplicht, in de cafetaria gaan werken. Daar rolde ik een beetje in, maar al snel kreeg ik de leiding over de friettent. Zo kon mijn vader zich richten op de toenemende vraag voor Haval. Mijn vader huurde een loods in de Zandstraat in Gemert zodat hij een opslagplaats had voor alle producten. We draaiden met de cafetaria geweldige omzetten, maar ik zag ook hoe hard het liep met Haval en welke potentie daar inzat. Mijn vader vroeg of ik in het bedrijf wilde werken. Daarbij spraken we af dat een eventuele overname in de toekomst tot de mogelijkheden behoorde. In 1993 heb ik de cafetaria verkocht en ben ik als verkoper gestart bij Haval”.

Klaar voor de volgende stap

Haval Disposables werd in de daaropvolgende jaren marktleider in frietvorkjes en roerstaafjes. Erwin: “We groeiden uit onze voegen en kochten meerdere panden om aan alle vraag te kunnen voldoen. In 2000 zijn we gestart met de nieuwbouw van het huidige bedrijfspand op Oost-Om 33 in Gemert. Mijn vader was toen 56 jaar en wilde het stokje gaan overdragen aan de volgende generatie. Hij stelde daarop voor dat mijn zus en ik samen het bedrijf over konden nemen. Mijn zus werkte ook in de zaak en had in eerste instantie wel oren naar de overname. Ons pa wilde het voor iedereen goed doen en durfde geen keuzes te maken. Dat maakte het lastig omdat ik het bedrijf zelfstandig wilde overnemen. Toen bleek dat ik serieuze plannen had, zijn mijn vader en ik de mogelijkheden gaan verkennen. Er volgden diverse gesprekken en onderhandelingen. Ieder ook met een eigen adviseur om de overname zakelijk in goede banen te leiden. In 2006 heb ik het bedrijf volledig overgenomen. Dat was voor mij ook op het juiste moment, ik was 41 en klaar voor de volgende stap. Na de overname is mijn zus gestopt bij Haval en heeft zij een andere route bewandeld”.

De dagelijkse leiding lag voor het moment van de overname al enkele jaren in de handen van Erwin. “De stempel ‘zoontje van de baas’ was al snel na mijn komst in ’93 verdwenen. Mijn vader was eindverantwoordelijk, maar ik zorgde in de daaropvolgende jaren voor de vooruitgang van Haval. Het machinepark werd steeds groter en zorgde voor een snellere productie. Begin 2000 zijn wij gestart met voedselverpakkingen en disposables. Dat was een grote verandering in de bedrijfsvoering, maar zorgde ervoor dat Haval meer rendement maakte. We merkten daarin direct positieve resultaten. Typerend voor Haval is dat we niet op het snelle geld jagen, maar denken aan de ontwikkelingen op de lange termijn. Er gaan niet direct alarmbellen af zodra de resultaten eens een keer tegenvallen, wij bewaken de continuïteit van het familiebedrijf. Dat heb ik ook van mijn vader geleerd”.

“Pa is wat dat betreft een ras ondernemer”, stelt Erwin. “Hij was uitermate commercieel en wist alles te verkopen. Daarnaast was hij altijd op zoek naar nieuwe initiatieven. Zodra dat liep dan zocht hij weer verder naar iets anders om zijn energie in te steken. Daar sta ik iets anders in dan mijn vader. Waar de eerste generatie ontzettend hard gewerkt en gepionierd heeft om nieuwe wegen in te slaan, breng ik als tweede generatie meer structuur en focus aan binnen het bedrijf. We zijn een hardwerkend productiebedrijf en daar ben ik trots op”.

De familie in het bedrijf

Het familiebedrijf was geen onderwerp aan de keukentafel in huize van Limpt. Erwin: “Een familieberaad was niet aan de orde. Mijn ouders zijn 30 jaar geleden gescheiden en daardoor speelde moeder in feite ook geen rol in het bedrijf. Het is nooit zo besproken, maar het lag wel in de lijn der verwachting dat ik het bedrijf uiteindelijk zou gaan overnemen. Beide ouders zijn ook trots dat ik het bedrijf overnam, hoewel dat nooit werd uitgesproken”.
Een eventuele derde generatie behoort tot de mogelijkheden. “Ik ben op dit moment, op mijn 55ste, nog niet concreet met bedrijfsopvolging bezig. Mijn focus ligt op de transitie van Haval naar meer duurzame producten, als gevolg van nieuwe wetgevingen rondom afval en plastic. Deze ontwikkeling zal de nieuwe generatie meer aanspreken, mocht opvolging ter sprake komen. Mijn dochter van 18 studeert op dit moment nog maar heeft zich nog niet uitgesproken of ze die richting op wil. Vanzelfsprekend dat ik het leuk zou vinden wanneer de interesse daar is”.

Ontdek het boek ‘Ons Verhaal II‘
Kom eens langs
Bekijk onze locatie
Bel ons direct
+31 (0)413 – 22 50 10
Mail ons direct
info@adagium.nl